De rancune van Pieter Postma [1]

De moordenaar van Marianne Vaatstra werd veroordeeld na een DNA-match, een daarop volgende bekentenis en spijtbetuiging. Geen probleem, zo zou een objectieve waarnemer kunnen opmerken. Dat er wat tegenstrijdigheden in de getuigenverklaringen zaten is natuurlijk ook logisch: iedereen had flink wat bier op en niemand had op de tijd gelet.
Slechts een enkeling gelooft nog steeds in de onschuld van Jasper S., die intussen rustig zijn straf uitzit.

Eén van die chronische twijfelaars is Pieter Postma die vrijwel dagelijks oud nieuws herkauwt zonder dat hij ook maar van iemand respons krijgt.

Ik vroeg mij al een hele tijd af hoe iemand zo dom of onnozel kan zijn om al zijn vrije tijd te vullen met een kansloze missie. Misschien lijdt Pieter Postma aan een psychische stoornis, zo speculeerde ik. Een dwangstoornis waaraan hij geen weerstand kon bieden.

Maar de werkelijkheid is troebeler: Pieter Postma handelt uit pure rancune jegens de Rechtbank van Leeuwarden. Het blijkt namelijk dat hij zijn leidinggevende ooit betrapt had op een buitenechtelijke relatie met een griffier.
Vreemdgaan komt in iedere organisatie voor. Wanneer beide betrokkenen dat met veel plezier doen, dan is dat iets waar een ander niets mee te maken heeft. Als je al eens per ongeluk een verkeerde deur opent, dan zeg je 'sorry', doe je zachtjes die deur weer dicht en hou je je stil. Zo werkt dat bij collega's onder elkaar. Pieter Postma had daar kennelijk een andere mening over en zal zijn leidinggevende op hoge toon ter verantwoording geroepen hebben. Geen wonder dat hij op een zijspoor gezet werd richting Franekeradeel.

Maar dat zet zijn kruisvaart tegen zijn ex-werkgever wel in een heel ander licht. Justitie zou, volgens hem, immers betrokken zijn geweest bij een doofpot om de ware toedracht van de moord op Marianne Vaatstra toe te dekken.

Pieter Postma krijgt echter weinig tot geen positieve reacties, terwijl zijn 'tegenstanders' juist vaak onweerlegbaar bewijs van het tegendeel aandragen. Als gevolg daarvan manoeuvreert Postma zich de laatste tijd steeds meer in de rol van slachtoffer en claimt dat hij van alle kanten wordt aangevallen. Hij heeft al een aantal keren vruchteloos aangifte proberen te doen wegens bedreiging, is er intussen van overtuigd dat zijn telefoon wordt afgeluisterd, doet via twitter een oproep om zijn tegenstanders te muilkorven en is inmiddels zo paranoia geworden dat hij mogelijke wandelaars, die zijn verhaal willen aanhoren, om identificatie vraagt.
Het probleem voor Pieter Postma is natuurlijk dat hij niet meer terug kan zonder dat zijn kwetsbare zelfbeeld wordt beschadigd. Als hij niet willens en wetens mensen, en dan vooral de nabestaanden, zou beschadigen met zijn onzinnige tweets, zouden we hem slechts pathetisch kunnen vinden. Nu is hij een bullebak.

Lees deel 2 hier, deel 3 hier en deel 4 hier.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten